de biebmoeder en de bouvier
Mijn zoon is kleuter en gaat naar school. Ik zet mijn beste beentje voor en word biebmoeder. Dan krijg je van de juf een kratje voor de boeken en de biebpas van de klas.
In de herfst moet mijn eerste kratje boeken ingeleverd worden. Het waait, het regent en het wordt al eerder donker. We gaan met de auto en ik parkeer op een plek waar wat bladeren liggen. Ik stap uit, haal kleuter uit zitje, doe de achterklep omhoog, haal het volle kratje eruit, let ondertussen goed op mijn kleuter die rond de auto springt en zet het kratje neer om de auto af te sluiten. Met zwaar kratje en kleuter loop ik de bieb in. Goed bezig.
Het kratje zet ik op de balie. Voor een lieve biebdame. Vlak daarna zie ik boven haar het bordje ‘lenen’ hangen en ze verwijst me naar de andere kant van de balie. Bij inleveren. Ik pak het kratje vast en schuif het in één krachtige beweging ruim anderhalve meter naar links. Verschrikte gezichten. Het is me gelukt om van de auto naar de balie een hondendrol, van een bouvier ofzo, onder het kratje mee te nemen.
Op de balie een brede, bruine, stinkende streep hondenstront.
Tekst: Pascale Companjen